Binnenkijker 92, 2018

Anna Paulowna

 

In de Binnenkijker kijken we binnen in het interieur van een stolp. Deze verschillen nog meer van elkaar dan de buitenkanten. Ditzelfde gaat op voor de mensen die er wonen en werken. In de uitgestrekte Anna Paulownapolder het verhaal van een stolp die op miraculeuze wijze veranderde van een bouwval in een toekomstbestendig (nieuw) ‘Bouwlust’.

 

Het is een kraakheldere dag en de vorst ligt wit over de keurig geploegde akkers. Geplante bollen liggen rij na rij in met stro toegedekte, kaarsrechte bedden te wachten op de lente. Een boeiend, perspectivisch lijnenspel dat pas eindigt op een nagenoeg lege horizon. De Kleiweg is net zo leeg. Leeg totdat een verkleumde blauwe reiger opvliegt vanuit de slootkant en op stijve vleugels de wijk neemt naar een rietschoot even verderop. In de schrale noordoosten wind hangt een torenvalk als op een en dezelfde plek stil in de lucht. Z’n wiekende vleugelslag perfect afgestemd op de heersende windsnelheid. Het roofvogeltje dient zo en passant als een windvaantje van louter veren.

 

“Als je nog eens wat weet”

Als jong stel huren Peter van Zutphen en Ineke de Morée in de vroege jaren 1970 een stolp als woning in de Oostpolder. Steevast stuurden ze kennissen die op bezoek kwamen en interesse toonden in het platteland naar deze stolp aan de Kleiweg. Die stond, wisten ze, al jaren leeg. Even steevast kregen ze na inspectie van hun vrienden als commentaar te horen: “Als je nog een wat weet!” In 1973 was het hun beurt om dezelfde oude stolpboerderij nader te bekijken, omdat de huur was opgezegd. De simpele verklaring van een plaatselijke aannemer dat de structuur van de stolp nog goed was, maar feitelijk ‘slechts’ verwaarloosd, gaf de doorslag voor de aankoop, overigens met een ander stel. Ineke vond destijds vooral de blauwe druifjes in de tuin heel mooi. Peter benadrukt dat er nog twee dingen waren die zijn keus toen sterk hebben bepaald. Ten eerste de bijzondere ligging van de stolp ten opzichte van het licht. Het hele woongedeelte gericht op het oosten met daardoor het erf met moestuin de hele dag in de zon, en b. de aanwezigheid van een arbeidershuisje aan diezelfde zuidkant. De langgerekte noordgevel (de stolp heeft een dubbel vierkant) parallel aan de polderweg. De boer had bij het bouwen eind 19de eeuw kennelijk meer oog voor het wooncomfort dan voor de praktische kanten van zijn gemengd bedrijf. Het is een situering die tot de dag van vandaag ‘Bouwlust’ en zijn bewoners meer dan vorstelijk dient. Niet voor niks is het favoriete plekje van Peter achter een van de ramen van de woonkamer als hij juist de gordijnen heeft opengeschoven en het ochtendlicht en de energie naar binnen laat stromen. Als een astronaut kijkt ie dan de ruimte van de polder in.

 

Arbeidershuisje als inkomstenbron

Daar zit je dan in een stolp die ‘slechts’ verwaarloosd is, maar waar stukken dakvlak open liggen en de ruimte en daarmee de mogelijkheden gigantisch zijn. Ineke en Peter zijn jong en onervaren weliswaar, maar daardoor ook onbevangen voor het grote avontuur. Bovendien moet Ineke nog een jaar studeren. De portemonnee is met andere woorden krap. Het arbeidershuisje wordt eerst in zes weken opgeknapt tot een bruikbare woning. Degene die daar in gaat wonen betaalt huur en op deze manier krijgt het voormalige gemengd bedrijf een innovatieve en naar zal blijken een betrouwbare economische drager. “Dit model”, zeggen beiden niet zonder trots, “functioneert feitelijk nog steeds.” Het huisje is ondertussen wel van alle moderne comfort voorzien en zelfs tijdelijk vergroot geweest door het met een kleine droogloop te koppelen aan de meest nabij gelegen stalruimte. Een situatie die nog steeds bestaat, maar niet meer als zodanig functioneert.

 

Ontwikkeling via organische groei

In 1978 trekken Peter en Irene in de stolp. De woonruimte is dan gereed voor bewoning. De zongerichte kamers zijn vanaf dat moment een constante vreugde. De keuken, groot en ruim dient het opgroeiende gezin. De ruimte in en om de stolp is volgens Ineke de basis voor succes en veel genot. Er kan eigenlijk alles. “Nou ja, heel veel.” En Ineke somt een reeks mogelijkheden op die beginnen bij het onderbrengen van familie, oogstfeesten, logeerpartijen, kamperen op het erf, maar ook staan bij de noodzakelijke verbouwingen de verbouwspullen nooit in de weg. Peter vertelt hoe zij erin slagen het erf rondom de boerderij weer stapsgewijs naar de oorspronkelijke grootte terug te brengen. Een goede relatie met de buren is daarvoor een vereiste geweest. Op deze manier komt ook de oude kapberg weer in hun handen en daar herhaalt zich eveneens het principe van inkomstenbron door verhuur.

 

Wanneer Peter en Ineke in 2004 plannen ontwikkelen om met ‘Bouwlust’ een nieuwe weg in slaan, is de kern van het idee meervoudige, leeftijdbestendige en duurzame bewoning mogelijk te maken onder de noemer van ‘Nieuw Bouwlust’. En aldus geschiedde. Dat je voor een dergelijk project een lange adem moet hebben werd vooraf gevreesd. De bestemmingswijziging van agrarisch naar wonen komt in 2010, de bouwvergunning in 2014. De bouwkundige realisatie van het project is in 2015 afgerond. Dat is wel geteld 1 bouwjaar tegen 10 jaar proces.

 

Bouwjaar 1875

De stolp dateert uit het vierde kwart van de 19de eeuw en is van het type normaalstolp. Een gangbaar model zonder veel opsmuk. De grondmaat is 16 x 23 meter en het puntdak 11 meter hoog. Pannen rondom. De families Vethman en Waiboer runden hier hun gemengd bedrijf tot ongeveer de jaren 1970. Omdat men de laatste jaren hier werkpaarden liet uitlopen, is de daarvoor gebruikte manege nog aanwezig. Voor beiden een dierbaar object uit het verleden, nu temidden van grote moestuin en kleine boomgaard. Hier vindt Ineke haar favoriete plek, namelijk het prieel dat op enige afstand van de stolp aan de rand van deze groene oase staat. “De zonkant vind ik in een woord heerlijk, als je me zoekt kun je me daar vinden.” Een ding is duidelijk, de bewoners maken van deze plek een bruisende locatie. Een plek waar het leven geleefd kan worden en volop ruimte is voor avontuur. ‘Bouwlust’ leeft hartstochtelijk en wat mij betreft nog vele jaren.

 

WM

Binnenkijker 92, 2018