Binnenkijker 80, 2015

Kolhorn

In de binnenkijker kijken we binnen in een stolp. Nog meer dan de exterieurs verschillen de interieurs van stolpen. In deze aflevering de binnenkant van een dubbel bewoonde stolp. Een statig model op een prachtplek aan de Westfriese (Omring)dijk in de Braakpolder, een plek waaraan de bewoners enorm zijn gehecht en toch staat er een bord ‘te koop’.

 

Vanuit Kolhorn, dat mooie vissersdorp op het droge, zwiert men over de eerste trage bochten de ruimte in. De ruimte van Groet- en Braakpolder (rechts) met aan beide zijden een rechte horizon met veel verkaveld donker geploegd en groen land eronder. Er schittert veel water in het magere voorjaarszonnetje. Het is guur, maar elke gedachte aan kou verdwijnt als bij de volgende bocht de majestueuze en solide vorm van een statige stolpboerderij opduikt. Als een cultuurhistorisch uiterst verantwoorde onderzeeër, maar dan in stolpvorm.

 

Voorheen Breebaart

Een kleine veertig jaar geleden waren de families Van Weering en Evenhuis, gedreven door idealisme en naïviteit, samen op zoek naar gunstig onderdak voor twee jonge gezinnen. Ze werden op slag verliefd op de fantastische vorm van de stolp en de dito plek onderaan de dijk. En na al die jaren zijn Tjeerd, Lineke en Hans nog steeds helemaal verkikkerd op deze uitgekiende plek. En dat proef je op het erf en in de stolp: de liefde voor het leven op deze plek. De grote stolp met zijn fijne verhoudingen en statige voorgevel is in 1850 gezet door Klaas Breebaart. Hoewel in deze streken boerensier dun gezaaid is, was Breebaart aan zijn stand als o.a. dijkgraaf en liberaal tweede kamerlid verplicht een stolp te bouwen met een kapitale uitstraling. En … dat deed hij ook: een “statige herenboerderij” met 13 ha land.

 

Op spaarbogen met palen

Die uitstraling heeft de stolp behouden. Iedereen die passeert zal moeite hebben niet naar de uitbundige voorgevel te kijken met de twee (bijna) identieke pronkdeuren voorzien van brede sierlijsten onder een deftige, houten klokgevel in een getrapte dakspiegel. Van dichtbij zijn de details adembenemend. Let maar eens op dat kleine kelderraam direct naast de linker voordeur. En dan de bouw
verder. Niets is aan het toeval overgelaten.
Het dubbele vierkant is als de buitenkant zelf: statig, met een hoogte van 8,75 meter. Met de hierdoor (extra) lange zwingen en schoren toont de constructie als de kaarsrechte bomen van een stolpenbos. Zelfs (een van de zes) met dubbele staanders. Alle muren op gemetselde spaarbogen die op houten palen staan. Het geheel rietgedekte schilddak (14 meter tot de nok) torent hoog boven de Westfriese (Omring) dijk uit en heeft door de oogharen gezien wel wat weg van een kasteel. Een boerenkasteel, uiteraard, en terecht rijksmonument.

 

Samen thuis, samen uit

Hans en Gerda en Tjeerd en Lineke (uit Groningen en Barsingerhorn) kochten in 1978 de boerenplaats van de laatste veehouder Van der Molen. Binnen was de stolp aangepast aan de moderne inzichten van toen (de ’hardboardperiode’) en sec aan het gebruik als gestaag groeiend agrarisch bedrijf. “Er was in het begin veel te doen”, stellen Hans en Tjeerd eufemistisch. Daarna steken ze (aanstekelijk enthousiast) van wal over hun aanpak. Essentieel blijkt de inschakeling van een bevriende architect, die aan het hele project de noodzakelijke sturing geeft. De aanpak van de vloer in de hele stolp wordt met een aannemer uitgevoerd, maar daarna schakelen ze snel over op zelf doen met hulp van velen, vaak op inventieve of ludieke wijze. Tussendoor zien ze zelfs kans de buurboer de helpende hand te bieden, in de hooitijd bijvoorbeeld. De woning in het achterdeel (combi lange regel, korte regel, dars) was eerst klaar, daarna volgde de woning aan de traditionele voorkant. Daar de fabelachtige uitvinding van een dubbel stel deuren waarmee of een grote kamer of een grote hal kan worden gecreëerd: “in een handomdraai!”. In 1981 is het grote werk zo ongeveer klaar. Opmerkelijk is dat het vierkant intact is gebleven en hierdoor heeft de stolp zijn ruimtelijkheid behouden. Het is een prachtige (onverwarmde) plek voor apart en gemeenschappelijk gebruik. Ze zijn verknocht aan hun stolp. Alledrie. Ieder zijn favoriete plek. Tjeerd kiest voor het overgroeide, oude toegangspad naar het land aan de achterkant. Hans voor het uitzicht over de Braakpolder met de blaarkoppen in de wei. Lineke voor de tuin op het zuiden … en voor haar eigen werkkamer, voegt ze snel toe. Ze blijven en toch is de hele stolp ook te koop. Maar zo luidt het devies: het is samen thuis of samen uit! 

 

WM

Binnenkijker 80, 2015